Out Of This World (15 oktober 2023)

Out Of This World sprak met mij over o.a. mijn bijzondere verhaalconcept voor Welkom in de broeikaswereld en over hoe ik de balans vind tussen werk, gezinsleven en schrijven.

OOTW: Schreef je in je jeugd al verhalen? Zo ja, hoe moeten we ons die verhalen voorstellen?
Liesbeth: Al van kleins af aan schreef ik verhalen. Het begon toen meester Paul mij met veel geduld leerde dat meerdere letters achter elkaar een woord vormen, meerdere woorden achter elkaar een zin en wat je daar allemaal mee kunt doen. Ik heb mijn eerste boek daarom ook aan hem opgedragen.
Mijn eerste verhalen waren uiteraard nog heel kinderlijk. Geschreven met potlood en hanenpoten, zoals alleen zevenjarigen dat kunnen. Ze gingen over dingen die een kind aanspreken, zoals uit logeren gaan of een bezoek aan de kinderboerderij. Die laatste noemde ik overigens in mijn vroege jeugd ‘de boerenkinderij’.
Vanaf de middelbare school werden mijn verhalen wat langer. Soms zelfs meer dan twintig dubbel geschreven A4-tjes. Ik heb ze allemaal nog en sommige heb ik ook uitgewerkt op de computer. Vanzelfsprekend vond ik opstellen schrijven het leukste onderdeel van het vak Nederlands. Maar ook buiten die opdrachten om schreef ik veel verhalen, zowel thuis als in de kantine tijdens de pauzes op school. Mijn verhalen kregen toen vaak een wat duister tintje. Waarschijnlijk was dat een onbewuste manier om de moeilijke tijd op school te verwerken. Ik schreef echter o.a. ook drama’s, Kerstverhalen en een sciencefiction Sinterklaasverhaal.

OOTW: Las je in je jeugd en adolescentie al SF en fantasy? Wie waren je favoriete auteurs? En had je ook iets met horror?
Liesbeth: In mijn jeugd las ik vooral bibliotheekboeken. Meestal waren dat historische romans, een genre dat ik nog steeds kan waarderen. Later ontdekte ik ook het fantastische genre. Bij ons in de bibliotheek was er voor de jeugd niet zoveel keuze in dat genre en internet stond toen nog in de kinderschoenen (ik ben opgegroeid in de jaren ’90), vandaar dat ik weinig met het fantastische genre in aanraking kwam toen ik opgroeide. Wel las ik toen af en toe hertellingen van sprookjes. En thuis hadden we een verzameling boeken met sprookjes met bijbehorende cassettebandjes. Die heb ik ook veel gelezen.
Maar dat ik echt meer fantasy en SF ben gaan lezen, is eigenlijk pas sinds de laatste jaren. Dankzij sociale media heb ik ontdekt hoe mooi en veelzijdig dat is.
Ik had vroeger meerdere auteurs die ik goed vond:
−       Lynn Austin. Zij schrijft historische en Bijbelse romans. Haar trilogie over de Amerikaanse Burgeroorlog kan ik van harte aanbevelen.
−       Paul van Loon. Samen met mijn broer spaarde ik alle Griezelbusboeken van hem. Zodra er weer een boek uitkwam, gingen we met ons zakgeld naar de boekhandel.
−       Thea Beckmann. Haar historische romans vind ik nog steeds erg goed.
Ik heb als kind ook wel eens iets van Tais Teng gelezen, in een verhalenbundel van Het Griezelgenootschap. Nu sta ik samen met hem (en een aantal andere auteurs) in de verhalenbundels De bar met de Duizend Deuren en Welkom in de broeikaswereld. Dat is zo gaaf!

OOTW: Waar komt je fascinatie voor sprookjes vandaan? Wat zijn je favoriete sprookjes? Welke waarden vind je belangrijk in sprookjes? Denk je dat sprookjes voldoende door volwassenen naar waarde geschat worden?
Liesbeth: Ik denk dat mijn fascinatie voor sprookjes komt door de luistersprookjes die wij vroeger hadden, maar precies weet ik het niet. Misschien ook wel door de Donald Duck waar we een abonnement op hadden en waar iedere week om gevochten werd.
Mijn favoriete sprookje is ‘Belle en het Beest’. Vanwege de bibliotheek, maar ook omdat ik me als kind erg herkende in Belle.
Wat ik jammer vind, is dat als ik vertel waar mijn boeken over gaan, dat men vaak meteen denkt dat ze het aan hun neefje van zes kunnen voorlezen. Dat kan natuurlijk ook liggen aan een gebrek aan marketing skills van mijn kant. Ik vind schrijven namelijk leuker dan al het gedoe eromheen. Interviews vind ik wel weer leuk. In ieder geval zijn mijn boeken en verhalen zeker niet voor kinderen geschreven.
De originele sprookjes zijn vaak ook een stuk gruwelijker dan de zoetsappige versies van Disney. In mijn boeken blijkt dat ook. Zo wordt in Mozaïek van Geluk een huwelijk letterlijk geconsumeerd.

OOTW: Wat gaf voor jou in 2016 de doorslag om meer tijd vrij te maken voor het schrijven van fictie?
Liesbeth: Het was altijd al mijn droom om ooit mijn eigen boek uit te geven. Dankzij internet en de opkomst van selfpublishing platforms kwam die kans binnen handbereik. Ik had toen al een tijdje een langer verhaal klaar dat ik graag wilde publiceren. Koudwatervrees hield me  tegen, totdat ik bedacht dat als ik het niet zou doen, ik dan spijt zou krijgen. En dus regelde ik een cover, herlas en verbeterde ik het verhaal heel wat keren en gaf het uit bij een selfpublishing platform.
Ik wilde ook dat mensen mijn boek gingen kopen en lezen en dus waagde ik mijn eerste stappen op het gebied van marketing en promotie. Ik werd lid van verschillende boekengroepen op Facebook en zo is het langzaam gegroeid.

OOTW: Je bent heel actief op sociale media en je website liesbethjochemsen.nl ziet er piekfijn uit. Hoe makkelijk is het om promo, schrijven, werk, gezinsleven en hobby’s in evenwicht te houden? Vind je dat je voldoende tijd hebt om te schrijven?
Liesbeth: Dankjewel voor het compliment! Eerlijk gezegd spiek ik nog wel eens op websites van andere auteurs om van hen te leren.
Op het moment dat ik dit schrijf (oktober) ben ik nog thuis. Begin juli is mijn dochter geboren en ik ga pas in november weer aan het werk. Ik heb momenteel dus best veel tijd om te schrijven en aan promotie te doen. Want eerlijk gezegd laat ik het huishouden nog wel eens liggen om te kunnen schrijven. Hoe het straks gaat als ik weer aan het werk ben, weet ik niet. Ik denk dat ik mezelf dan echt moet dwingen om tijd vrij te maken om te schrijven en die tijd ook echt daarvoor te gebruiken. Dus niet eindeloos op sociale media zitten of Wordfeud spelen.
Een andere valkuil van mij is dat ik graag vooruit werk, en soms zelfs te veel. Als ik bijvoorbeeld voor mijn wekelijkse column op Hier in Salland al twee berichten heb ingepland en een veelvoud daarvan in concept heb staan, dan heb ik soms nog de neiging om bij een idee voor een nieuwe column dat meteen helemaal uit te werken.
Ik heb voor mezelf ook meer rust in moeten bouwen. Ik blogde ooit wekelijks op mijn eigen website, naast de wekelijkse column op Hier in Salland. En dan heb ik ook nog een maandelijkse nieuwsbrief op mijn website. Natuurlijk werkte ik geregeld vooruit, maar ik ervoer toch de druk van: wat zou ik nu eens bloggen? En dan moest ik het bericht ook nog opmaken en inplannen. Om het wat relaxter te maken voor mezelf, blog ik nu nog maar eens per twee maanden op mijn website. Dat geeft een stuk meer rust.
Als ik eenmaal in de schrijfflow zit, kan ik de tijd zo vergeten. Voordat mijn dochter er was, kon ik een hele middag schrijven (inclusief afleidingen tussendoor). Als ik later op de dag moest beginnen op mijn werk, dan ging ik ook vaak te lang door waardoor ik hard moest fietsen om op tijd te komen. Met een baby heb ik natuurlijk minder tijd, al doe ik haar ook wel eens in de draagzak op mijn buik om toch even een halfuurtje te kunnen schrijven.

OOTW: De gedichten die je tussen 2003 en 2009 schreef bundelde je in Ontdekkingsreis. Pleeg je nu af en toe nog een gedicht? Zo ja, merk je of je thematiek intussen veranderd is? Wat trekt/trok jou aan in het schrijven van poëzie?
Liesbeth: Op dit moment schrijf ik geen gedichten meer. Misschien ooit nog. Het was voor mij destijds een uitlaatklep. Ik schreef ze bij voorkeur bij kaarslicht, met klassieke muziek aan, zittend op mijn slaapkamer bij mijn ouders thuis. Veel gedichten zijn zo persoonlijk dat ik het doodeng vond om die naar buiten te brengen. Andere gedichten gingen over bekende passages uit de Bijbel of van het Christelijk geloof, zoals de Apostolische Geloofsbelijdenis. Ik vond het leuk om van dat soort teksten een berijmde versie te maken. Ook experimenteerde ik met acrostichons en verschillende rijmschema’s. En ik probeerde een keer iets te schrijven in de stijl van Guido Gezelle.

OOTW: Je doet regelmatig mee aan schrijfwedstrijden. Aan welke wedstrijden bewaar je de beste herinneringen, en waarom? Zat je ooit al in een wedstrijdjury? Zoja, vond je het een verrijkende ervaring?
Liesbeth: De mooiste schrijfwedstrijd waar ik aan meedeed blijft die van Nachtwakers, georganiseerd door Godijn Publishing. Dat was de eerste schrijfwedstrijd waarmee ik een publicatie won (in de gelijknamige bundel). Maar ook aan Nevelkinderen (eveneens van Godijn Publishing) heb ik goede herinneringen. Voor die wedstrijd schreef ik mijn eerste SF-verhaal en dat werd ook nog gepubliceerd.
En dat ik bij de lokale wedstrijd Beste Verhaal van Salland de derde prijs behaalde, is natuurlijk ook ontzettend gaaf.
Ik heb nog nooit in een wedstrijdjury gezeten. Wel heb ik al meermaals verhalen mogen proeflezen van andere auteurs, daar leer ik zelf ook weer van.

OOTW: Je gaat graag schrijfuitdagingen aan. Heb je een originele schrijfuitdaging voor de lezers van dit interview?
Liesbeth: Vooral in Mozaïek van Geluk komen veel verschillende vertelvormen voor. Onder meer een pamflet, een acrostichon, limericks en een verhaal dat volledig uit dialoog bestaat. Maar ook bij mijn korte verhalen probeer ik graag dingen uit. Zo zijn mijn hoofdpersonen lang niet altijd menselijk en schreef ik een keer een verhaal in de vorm van een recept. Die laatste wordt in 2025 gepubliceerd in een themabundel rondom Alice in Wonderland bij Poespa Producties(Alice in Spiegelland, nvdr.)
Niet elke schrijfuitdaging werkt overigens. Ik experimenteerde bijvoorbeeld met een verhaal in de vorm van spelregels van een fictief spel en een verhaal in de eerste persoon meervoud. Die hebben allebei niet gewerkt, dus daar wil ik nog wat aan doen.

OOTW: Je verhaal ‘Brieven der voorvaderen’ werd opgenomen in de door Johan Klein Haneveld voor Uitgeverij Macc samengestelde klimaatbundel ‘Welkom in de broeikaswereld’, die begin september uitkwam. Kan je ons vertellen in welke mate milieu en klimaatverandering een rol spelen in jouw persoonlijke en (eventueel) je professionele leven? En hoe je die invloed of bezorgdheid erover in je verhaal stopte?
Liesbeth: Ik vind het klimaat zeer belangrijk en er wordt, naar mijn mening, te weinig rekening gehouden met de natuur. Terwijl we daar uiteindelijk allemaal van afhankelijk zijn. Vanuit mijn Christelijke achtergrond vind ik ook dat we goed/beter voor de schepping moeten zorgen. Ik stem op een partij die opkomt voor de natuur, ik eet lang niet elke dag een stukje vlees, ik gebruik een menstruatiecup en we hebben een abonnement op een wekelijks oogstaandeel van de Oosterwaarde, een biologisch landbouwbedrijf in Diepenveen. Verder doe ik sinds kort mee aan The Clothing Loop, waarbij mensen onderling kleding ruilen. Natuurlijk kan ik nog veel meer doen, ik ben echt geen heilig boontje wat dat betreft, maar alle beetjes helpen.
Voor ‘Brieven der voorvaderen’ wilde ik oorspronkelijk een briefroman schrijven. Waarbij iemand uit de toekomst een brief stuurt naar iemand in het heden om te waarschuwen dat we echt beter ons best moeten doen om het klimaat te redden. Die persoon in het heden komt dan weer met allerlei excuses. Ik merkte echter al gauw dat een kort verhaal niet/minder geschikt is voor zo’n concept. Uiteindelijk bedacht ik dat men in de toekomst de mensheid in het heden wil waarschuwen. Ze hebben in de toekomst echter alleen de Bijbel als geschreven bron van het huidige heden, dus gebruiken ze die taal en laten zich daardoor inspireren om de mensen van vandaag te bereiken. Ik weet het, het klinkt vergezocht en het is nergens meer in het verhaal terug te vinden, maar dat was wel de  basis van het verhaal.
Het schrijven van een briefroman staat nog wel op mijn lijst met voornemens.

OOTW: ‘Brieven der voorvaderen’ berust op een origineel concept. Het is wel vaker zo dat je verhalen gebaseerd zijn op een intrigerende verhaalstructuur, die wat afwijkt van het klassieke verhaal. Dat leidt tot verrassende en mooie resultaten. Kan je enkele voorbeelden met ons bespreken? En vind je, in het algemeen, dat auteurs best wel wat meer durf aan de dag mogen leggen als ze een verhaalconcept bedenken?
Liesbeth: Ik noemde eerder in het interview al enkele voorbeelden van intrigerende verhaalstructuren, zoals een pamflet en een recept. Ook schreef ik eens een verhaal vanuit het perspectief van iemand wiens ziel/geest is opgesloten in een zandstenen kruis. Dat verhaal is gepubliceerd in de bundel Meer dan Menselijk. En onlangs ging ik de uitdaging aan om een verhaal te schrijven dat volledig uit spreekwoorden en gezegdes bestaat.
Of auteurs wat meer lef moeten hebben, is lastig te zeggen. Niet ieder concept werkt namelijk voor elk verhaal. Daarnaast heb je als auteur natuurlijk wel de mogelijkheid om dingen aan te kaarten, zoals ongelijkheid. Maar helaas moet je tegenwoordig voorzichtig zijn met wat je zegt of schrijft, voor je het weet word je (online) bedreigd. En hoe goed je je onderzoek ook doet, je kunt het nooit iedereen naar de zin maken. Ik kan me goed voorstellen dat auteurs soms terughoudend zijn met wat ze schrijven, zeker bij persoonlijke en/of gevoelige onderwerpen.

OOTW: Je verscheen al in heel wat verhalenbundels. Ongetwijfeld ben je met elke opname bijzonder blij. Maar zijn er bundels die een bijzondere plek in je hart veroverd hebben? Zoja, welke en waarom?
Liesbeth: Nachtwakers is voor mij bijzonder omdat dat mijn eerste publicatie is die ik verdiende met een wedstrijd. Op De bar met de Duizend Deuren en Welkom in de Broeikaswereld ben ik ook trots. Ik werd namelijk voor die bundels gevraagd vanwege  eerdere verhalen die ik publiceerde. En Meer dan Menselijk is een bijzonder project dat ik van iemand heb overgenomen, waarvan de opbrengsten naar het Autisme Fonds gaan. Een aantal van deze auteurs, waaronder ikzelf, hebben ook autisme.

OOTW: Hoe bekijk jij het huidige Nederlandstalige SF/F/H-landschap? Ben je als auteur en als lezer tevreden? Wat kan volgens jou nog beter?
Liesbeth: Er is tegenwoordig voor iedere smaak wel een passend Nederlandstalig SF/F/H-boek te vinden. Zeker dankzij groepen als de Sciencefiction en Fantasy Boekenclub. Maar helaas krijgen die boeken te weinig aandacht. Er kleeft toch een soort stigma op. En het is lastig opboksen tegen de stortvloed aan vertaalde boeken die wel in de boekwinkels liggen.
Als ik hier verder op inga, dan krijgen we weer de eeuwige discussie over kwaliteit en zichtbaarheid. Er zijn zeker goede initiatieven, zoals deze site. Nu is het nog de kunst om die ook buiten het wereldje bekend te krijgen.
Er zijn overigens ook boeken die wel degelijk tot het fantastische genre behoren, maar zo niet in de markt zijn gezet. Zoals Engel in Cassel van Pat Caron. In dat boek komt een engel keer op keer in het plaatsje Cassel terecht, telkens in een andere eeuw, om te proberen een oorlog te voorkomen. Je kunt dit boek lezen als een historische roman, maar het is natuurlijk ook sciencefiction.

OOTW: Van welke boeken genoot je onlangs, binnen en buiten ‘het genre’? Waarom zou je ze aanraden?
Liesbeth: Van buiten het genre genoot ik erg van Winteruren van Filip Bastien. Het gaat over de grote gebeurtenissen in het België van de 20e eeuw. Maar ook hoe die invloed hebben op de levens van gewone mensen en hoe een kleine actie van een individu later weer grote gevolgen kan hebben.
Binnen het genre vond ik De prins en de naaister van Jen Wang erg mooi. Een aandoenlijke graphic novel over de liefde tussen een prins en een naaister, met een prachtige boodschap. Als Nederlandstalig boek vond ik De draak van Walarga van Aafke Pleket erg leuk. Dat is een originele draai aan de klassieke fantasy queeste, met een vleugje sciencefiction.

OOTW: Lees je ook regelmatig in andere talen? Zo ja, welke zijn dat dan? En heb je ook daar leestips?
Liesbeth: Nee, ik lees eigenlijk alleen in het Nederlands. Ik heb me vroeger wel eens door de Engelse versie van De graaf van Monte Cristo geworsteld, maar ik merkte dat mijn Engels ernstig tekort schoot. Natuurlijk kan ik daar wat aan doen, maar in het Nederlands zijn meer dan genoeg mooie boeken verschenen. Of eigenlijk nooit genoeg, maar je snapt vast wat ik bedoel. Wel kreeg ik een paar jaar geleden met Jolabokaflod een Engelstalig boek van Neil Gaiman cadeau, die moet ik toch een keertje gaan lezen.

OOTW: Welke literaire projecten mogen we nog van jou verwachten de komende tijd? En wat is je droomproject?
Liesbeth: Momenteel ben ik vooral bezig met het schrijven en publiceren van korte verhalen. Als ik genoeg verhalen binnen eenzelfde thema heb, komt er wellicht een verzamelbundel. Volgend jaar wordt er een verhaal van mij gepubliceerd in de bundel Bang voor spoken? van Poespa Producties uit België. Vanaf dan ben ik dus een internationaal gepubliceerde auteur! 🙂 Bij diezelfde uitgever verschijnt in 2025 een verhaal van mij in de eerder genoemde themabundel rondom Alice in Wonderland.
Ik blijf meedoen aan wedstrijden, sta altijd open om mee te werken aan themabundels en zal ook zeker verhalen blijven insturen voor sites als OOTW.

Niets missen? En leuke extra's ontvangen? Word dan lid van de Mythische Mare.